Melanerpes striatus. Inclusief zygodactylisch.
13 augustus 2013 - Philipsburg, Nederlandse Antillen
Alweer iemand met een enge ziekte? Nope, Melanerpes striatus is de palmboomspecht van de Dominicaanse republiek. Je kan natuurlijk alleen over de all inclusives kleppen, maar Jurre was deze vakantie opvallend veel bezig met beesten vinden en herkennen. Ik liep ’s morgens van de kinderclub terug en zie in het gras een kleine zwarte slang. Dat is nou net ongeveer het enige beest waar ik niet zo wild van ben, dus vroeg meteen aan een inlandse of dat ding kwaad kon. Nee volgens haar, very common, no problem. Jak. Toen we met allen terug liepen tussen de middag had Jurre zijn safari hoed op: “ja dat moet als je in de jungle loopt pap en mam”. Ok. Wij kijken waar we lopen, Jurre kijkt overal behalve daar waar ie moet lopen, en ziet dan ook andere dingen: “ Kijk een specht!”.
Ik dacht, nou zal vast niet, keek en dacht, ja verrek, en dacht toen, hoe weet hij dat in vredesnaam? “Ja bij oma zaten toch ook spechten in het bos? Die doen ratatatata, en die maken holes (holletjes Jurre) in de trees (in de bomen jongen). En zo zie en leer je nog es wat dankzij onze 4 jarige ontdekkingsreiziger, want thuis ging ik het es opzoeken en na ja, zie het volgende verslagje, zal Ome Wil wel interessant vinden!
Hoe verdeel je leven in rangen en standen? Leven/domein/rijk/stam/klasse/orde/familie/geslacht/soort. Zo dus. Hoezo? Ach gewoon, wel es handig om te weten, die specht die Jurre zag is endemisch voor de Dom Rep.
Endemie of endemisme is het verschijnsel dat een organisme van nature uitsluitend voorkomt in één beperkt gebied, zoals eilanden in de oceaan, geïsoleerde bergen, meren en riviersystemen. Indien een soort enkel daar voorkomt, spreekt men van een endeem of van endemische soort. Endemisme is een biogeografisch begrip: het gaat om de geografische verspreidingsgebieden.( Kosmopolieten zijn daarentegen soorten die verspreid zijn over een groot deel van de wereld; ze hebben een kosmopolitische verspreiding. Dat is de familie van de Pas van Oort dus.
Eigenlijk wist ik net zoveel van spechten als Jurre, en aangezien ze ook in Nl voorkomen ga ik nog effe verder…
De familie wordt verdeeld in drie onderfamilies: de draaihalzen (Jynginae), de dwergspechten (Picumninae) en de echte spechten (Picinae).
Spechten (Picidae) vormen een vogelfamilie van kleine tot middelgrote, robuuste vogels met scherpe snavels, een stijve staart. De specht zijn tong is een handig gereedschap in het zoeken van voedsel. Ze zijn namelijk verzot op mieren, die ze met hun lange tong uit boomholtes halen. Dit wordt vergemakkelijkt door stekels of lijm aan het eindpunt waar mieren aan blijven kleven, ze kunnen ermee kronkelen. De tong is vastgehecht in het rechter neusgat en split daarna in tweeën, en gaat onderhuids over de schedel heen naar beide zijden van de nek. Daarna komen de twee delen terug bijeen en komt omhoog onder in de onderkaak en zo in de bek. Deze tong is erg elastisch en de vasthechting is versterkt door vijf kleine beentjes, genaamd hyoidbeen. Wist ik niet.
Nou het leukste; Bij de meeste spechten zijn de poten ZYGODACTYLISCH. Wow! Leuk galg woordje!! Een uitzondering op de regel is de drieteenspecht, die zoals de naam verraadt er enkel drie heeft, en zijn vierde teen verloor door evolutie. De poten en tenen zijn relatief kort en voorzien van scherpe, sterke klauwen.
Wat is dat Zygodactylisch precies? Zie foto van plaatje van de poten.
De term zygodactylisch is een wetenschappelijke benaming voor de verhouding van de tenen. Deze wordt hoofdzakelijk gebruikt in de ornithologie, bij vogels dus zeg ikke, namelijk bij de klimmende soorten.
Dit betekent dat de vogel vier tenen heeft. Twee tenen aan weerszijden van de poot, deze worden samen gebruikt. De vogel oefent hiermee grip uit op het oppervlakte waar deze op beweegt. De benaming komt van het Griekse woord δακτυλος, dat "vinger" betekent. Het adjectief "-dactyl" op het einde van een woord gaat meestal over iets dat vingers en/of tenen betreft. "Zygo-" komt van het Grieks: ζυγοῦν, wat betekent "gepaard gaan/met twee" (de term wordt bijvoorbeeld gebruikt bij de bevruchting: zygote). Niet alle klimmende vogels plaatsen hun tenen in deze verhouding, er zijn uitzonderingen zoals: de drieteenspecht. De meeste spechten (inclusief de draaihals), papegaaien, koekoeken (inclusief de renkoekoek) en sommige uilen hebben deze.
So. Had je niet gedacht wel, ik ook niet eerlijk gezegd, heeft even geduurd, maar hee, dan kan je tenminste wel een verhaal ophangen als je kind weer over spechten begint!
.
xx
Ben benieuwd welk beroep hij later zal kiezen.
Als Jurre en Judith zo doorgaan zie ik voor Jurre een toekomst in het verschiet als ORNITHOLOOG. Groeten van José en Wil